Academische Opleidingsscholen

Een Academische Opleidingsschool (AOS) is een door het ministerie van OCW erkend educatief partnerschap van scholen en lerarenopleidingen. Zij leiden samen aankomende leraren op. Alle OMO-scholen zijn aangesloten bij een van deze AOS’en.
OMO is hoofdaanvrager van vier AOS’en, waarvan één is verdeeld in twee substructuren:

  • AOS-West-Brabant

  • AOS-Midden-Brabant

    • Den Bosch

    • Tilburg

  • AOS-Noordoost-Brabant

  • AOS-Zuidoost-Brabant

De samenwerking met lerarenopleidingen is via samenwerkingscontracten geformaliseerd. Dit kalenderjaar is ook de samenwerkingsovereenkomst met Fontys Hogeschool voor de Kunsten gerealiseerd.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de diverse partnerschappen en hun specifieke relatie met de AOS’en.

Lerarenopleiding

West

Midden

Noordoost

Zuidoost

Hogeschool Rotterdam

+

-

-

-

Hogeschool Arnhem Nijmegen

-

-

+

-

Fontys Lerarenopleiding Tilburg

+

+

+

+

Fontys Sport Hogeschool

+

+

-

+

Hogeschool voor de Kunsten

+

+

+

+

Eindhoven School of Education

+

+

+

+

Radboud Docenten Academie

+

+

+

+

Universitaire Lerarenopleiding Tilburg

+

+

+

+

TU/Delft

+

-

-

-

Tabel: Partnerschappen AOS

De OMO-AOS’en hebben drie netwerkfuncties:

  1. Opleiden in partnerschap met lerarenopleidingen, waarbij 40% van het totale curriculum van de lerarenopleiding wordt ontwikkeld en uitgevoerd in de schoolsetting.

  2. Bevorderen van onderzoek. In het netwerk van de AOS’en zijn alle vormen van onderzoek aanwezig (van praktijkonderzoek tot aan fundamenteel onderzoek).

  3. Bijdragen aan verdere scholing van docenten in de inductiefase van het docentschap.

Voor de scholen is het primaire doel van de AOS: het bevorderen van de ontwikkeling van de school gericht op het leren van leerlingen via beter opgeleide leraren. Voor de lerarenopleidingen is het primaire doel om hun lerarenopleiding te ontwikkelen door een vervlechting met de praktijk. Het samenbindende netwerkdoel van alle partners is door samenwerking de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Om dit netwerkdoel te bereiken zijn AOS’en ingericht als een contextrijke leer- en werkomgeving om het leerproces van leerlingen, studenten, docenten, opleiders van school en instituut te faciliteren.

De AOS’en plaatsten in het schooljaar 2019-2020 de volgende aantallen studenten die in aanmerking komen voor subsidie. Dit betreft studenten van hogescholen, universiteiten en eigen docenten die nog een studie naast hun baan volgen.

Plaatsing van studenten die meetellen voor de subsidie:

2019-2020

Midden-
Brabant

Noordoost-Brabant

West-
Brabant

Zuidoost-
Brabant

Totaal

Percentage

Hogeschool

273

308

203

202

986

71%

Universiteit

52

58

17

37

164

12%

Eigen medewerkers

58

64

95

27

244

18%

Totaal

383

430

315

266

1394

100%

Tabel: Studentenaantallen AOS

Het gaat hier om tel-studenten. Daarnaast plaatsten de scholen ongeveer 100 studenten van lerarenopleidingen die niet deelnemen aan de AOS. Deze studenten blijven in dit verslag buiten beschouwing.
Er is een toename in het aantal studenten in AOS-Noordoost-Brabant. Dit is mede het gevolg van het toetreden van de scholengroep Metameer tot de vereniging.
Het totaal van 1394 studenten is een lichte toename (+33) ten opzichte van het schooljaar 2018-2019 (1361). Hiermee hebben de AOS-en gezamenlijk wederom een bijna maximale kwantitatieve studentenplaatsing gerealiseerd. Vanaf september van dit jaar worden de AOS-en niet meer gefinancierd op basis van staffels, maar per student (€ 955,00). Elke AOS ontvangt daarnaast een vaste voet van € 100.000,00.

Op iedere school werken gecertificeerde schoolopleiders en werkplekbegeleiders. Zij werken intensief samen met instituutsopleiders vanuit de opleidingen. Naast hen zijn er ook onderzoekscoördinatoren en -docenten die in verschillende groepen onderzoek doen naar de eigen onderwijspraktijk. Niet alle onderzoeksdocenten worden gefaciliteerd uit de AOS. De getallen voor deze groep zijn dan ook bij benadering.

Infrastructuur

West

Tilburg

Den Bosch

Noordoost

Zuidoost

Schoolopleiders

15

15

15

22

18

Werkplekbegeleiders

220

285

205

450

240

Onderzoekscoördinatoren

9

9

9

9

7

Onderzoeksdocenten

6

11

7

22

15

Tabel: Betrokken begeleiders, opleiders en onderzoekers

Leerateliers

De Universitaire Lerarenopleiding Tilburg (ULT), Eindhoven School of Education (ESoE), Radboud Docenten Academie (RDA), Fontys Leraren Opleiding Tilburg (FLOT) en de Academie Educatie van de Hogeschool van Arnhem Nijmegen (HAN) hebben de handen ineen geslagen en verzorgen met scholen een nieuwe vorm van opleiden; de leerateliers. Deze leerateliers zijn gericht op het leren van leerlingen en bieden ruimte voor eigen leervragen.
In het schooljaar 2019-2020 waren vijf leerateliers actief, met in totaal 32 deelnemende studenten van de verschillende opleidingen, en 17 docenten van 16 verschillende scholen. Hiermee blijft het aantal deelnemers sinds de start van het traject stabiel.

  

2016-2017
(pilot)

2017-2018
(NRO)

2018-2019
(NRO)

2019-2020

Studenten

RDA

9

12

6

14

 

ULT

3

7

3

2

 

EsoE

1

4

3

6

 

Fontys/FHK

*

5

4

6

 

HAN

*

*

*

4

Scholen

 

10

15

12

16

Docenten

 

10

15

10

17

Tabel: Overzicht deelnemers Leerateliers 2016-2020

Er zijn in het verslagjaar twee publicaties tot stand gekomen die het leren en functioneren van de leerateliers in beeld brengen.

  1. Imants, J., Meijer, P. C., & Blankesteijn, E. (2020, June). Expansive Learning in Teacher Education's Hybrid Spaces: The Challenges and Possibilities in and Beyond Learning Studios. In Frontiers in Education(Vol. 5, p. 64). Frontiers.

  2. Kools, Q., Koopman, M., Aarts, R. & Derksen, K. (2021 in press). Opleiden en professionaliseren in Leerateliers. VELON Tijdschrift voor Lerarenopleiders, in press.

Promovendi

Er is in het kader van de AOS’en een OMO-beurs in het leven geroepen die bedoeld is om een promovendus van één van de OMO-scholen maximaal 5 jaar te ondersteunen met een vrijstelling voor studie van 0,2 fte. De begeleiding berust bij de promotor en copromotor van de universiteit. De vereniging voorziet in begeleiding op afstand en regelmatige ontmoetingen tussen de promovendi, opdat zij elkaar als groep kunnen ondersteunen en versterken. Wanneer dat kan wordt een bewerking van een onderzoek gepubliceerd op Script!
In het verslagjaar telde het fonds zes promovendi. Er is een nieuwe promovendus gestart. Zij doet onderzoek naar gelijke kansen voor jongens en meisjes in het Natuurkunde-onderwijs aan de Universiteit van Tilburg en Eindhoven. Een promovendus heeft inmiddels haar proefschrift over motivatie en evaluatie van leerlingprestaties bij LO afgerond en promoveert op 11 maart 2021 aan zowel de Universiteit Utrecht als de Universiteit van Gent.

AOS’en en onderwijsinnovatie

De AOS’en intensiveerden in het afgelopen jaar hun praktijkonderzoek. Elke AOS kent onderzoekcoördinatoren en onderzoeksgroepen van docent-onderzoekers. De onderzoekcoördinatoren hebben hun rol in de school versterkt waardoor meer afstemming is ontstaan met de eigen schoolinnovatie. De begeleiding van de docent-onderzoekers wordt in samenwerking met de lerarenopleiding gerealiseerd. Hierdoor kunnen de AOS’en onderzoeksexpertise beter benutten.
Vanuit het perspectief van evidence informed werken hebben een groot aantal scholen van OMO geparticipeerd in een landelijk onderzoek naar de perceptie van leerlingen over afstandsonderwijs in Coronatijd. In samenwerking met de hoofdonderzoeker, werkzaam bij één van onze partners, is een module ontwikkeld om scholen zelf de kwalitatieve opbrengsten van het onderzoek te laten analyseren en interpreteren. Deze module gaat in de context van de AOS in het voorjaar van 2021 van start.