Aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersings- en controlesysteem

Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs bestaat uit verschillende scholen verspreid over de provincie Noord-Brabant. Belangrijk uitgangspunt is de manier waarop binnen de organisatie wordt gewerkt; volgens het principe van ‘alles decentraal, tenzij’. Hoe dit principe in de praktijk werkt is in het verleden treffend verwoord door Paul Rosenmöller, als voorzitter van de VO-raad, na een bezoek aan een van de OMO-scholen:

“Bij een eerder bezoek aan een van de scholen van OMO in Den Bosch viel me op dat geen van de scholieren, docenten of leidinggevenden iets zei over deze grootschaligheid. De filosofie van het bestuur ‘wij zijn grootschalig georganiseerd en kleinschalig vormgegeven’ wordt in de praktijk waargemaakt. De scholen kennen een grote mate van vrijheid in de vormgeving van het onderwijs ter plekke. De identiteit van de scholen staat voorop, niet het bestuurlijke OMO-verband. Binnen dit OMO-verband bestaat dan ook een grote mate van diversiteit en variëteit. En ouders en leerlingen lijken zich lang niet altijd bewust van het feit dat hun school behoort tot deze grote vereniging.

Deze besturingsfilosofie zorgt samen met het over Noord-Brabant verspreide onderwijsaanbod voor een spreiding van de risico’s die de organisatie loopt.

Hiernaast kent de vereniging een uitgebreid instrumentarium voor de (risico)beheersing van de organisatie:

  • Meerjarige strategiebepaling op het niveau van de vereniging, vertaald naar een jaarlijks werkprogramma op schoolniveau.

  • Een governance structuur, waarbinnen:

    • de belangrijkste onderwerpen op het gebied van onderwijs, personeel, huisvesting en financiën worden besproken met alle schoolleiders, de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad, de auditcommissie van de raad van toezicht, de raad van toezicht en de ledenraad. Elke afzonderlijke schoolleiding legt daarnaast ook verantwoording af aan de eigen medezeggenschapsraad van de school;

    • de vergaderplanning met deze geledingen is geborgd in de planning- en controlcyclus.

  • Periodiek wordt eveneens gekeken naar:

    • ontwikkelingen in het onderwijs;

    • de meerjarige financiële (balans)positie en het aan te houden weerstandsvermogen voor het opvangen van risico’s;

    • de meerjarige leerlingenontwikkeling per onderwijstype in relatie tot het totale onderwijsaanbod per regio.

  • Vastlegging van de administratieve organisatie en interne processen.

  • Een uitgebreide planning- en controlcyclus, die onder andere bestaat uit:

    • monitoring van onderwijskwaliteit;

    • meerjarige leerlingenprognoses per school;

    • meerjarige begrotingen per school, waarbinnen de belangrijkste risico’s zijn benoemd;

    • meerjarige investeringsbegroting;

    • meerjarige liquiditeitsplanning, die periodiek wordt geactualiseerd;

    • periodieke verantwoording door alle scholen over de onderwijskundige, personele en financiële ontwikkelingen;

    • periodieke bijstelling van de meerjarige lumpsum budgetten op basis van de landelijke ontwikkelingen;

    • het jaarverslag.

Daarnaast heeft de vereniging een inventarisatie gedaan van de frauderisico’s binnen de financiële processen en is een frauderisicoanalyse opgesteld die periodiek wordt geëvalueerd.